Hoe begin je een sociale onderneming? Altijd met een idee dat je dan uitwerkt tot een concept en daarmee de boer op. Als blijkt dat jij niet de enige bent die er razend enthousiast over is – enthousiast betekent hier dat mensen daadwerkelijk bereid zijn er geld in te stoppen – neem je een volgende stap. Je gaat testen.
In mijn geval was dat soep (laten) maken van reststromengroenten en die op een kekke plaats laten proeven door iedereen die je echt kan helpen: het bestuur van de landelijke voedselbanken, koks, financiers, potentiele teamleden enzovoorts enzoverder. Flitsend videootje van laten maken en op naar de volgende fase.
We regelen geld. Banken, impact investors, fondsen,subsidies. Dan het team bouwen. Onderhandelen over salaris, losweken uit andere posities en voor je het weet, sta je in een leeg gebouw dat jouw restaurant en soeplaboratorium wordt. Verbouwen, inrichten en je hierbij flink laten helpen door je netwerk dat met een geweldige en gratis interior designer komt, die op de avond voor de opening ook nog eigenhandig meubels naar de juiste plek sjouwt.
Dan opening van de hele handel door een staatssecretaris en een legertje journalisten dat nog maandenlang in en uit blijft lopen, want we zijn hip. Klanten? Tja, hadden we eigenlijk niet enorm over nagedacht, maar ze kwamen met drommen. De eerste week een paar honderd soepliefhebbers per dag. We moesten er een kassa bij zetten.
Klinkt makkelijk? Zo voelde het ook, want we (mainly ik)gingen het wel even fiksen. Niet gehinderd door enige kennis over horeca, geen ervaring in sales, geen idee van een goed personeelsplan: hoe houden we de boel gemotiveerd? Maar het mooie was: ook dat kwam goed, want we hadden geweldig personeel dat zich dagelijks met hart en ziel inzette. Moeiteloos compenseerden ze alle ervaring die ik miste en maximaal deelden ze een van mijn belangrijkste eigenschappen: enthousiasme.
Kan je nergens kopen, maar zorg dat je er genoeg van hebt als je gaat ondernemen, want je zult het nodig hebben. De ouderen onder ons herinneren zich ongetwijfeld de geiser die in elke keuken of badkamer hing. Het zorgde voor warm water. Draaide je de kraan open, dan startte een vuur loeiend op in het apparaat om een ketel water te verwarmen. Dat is enthousiasme, dat is passie. In ruststand brandde er een waakvlam, denk aan een klein kaarsje dat zachtjes brandt.
Zonder vuur kom je nergens. Aan mensen die leven als een waakvlam kun je je niet warmen. Zorg dat je enthousiast bent, want dat is besmettelijk. Gelukkig hoef ik daar geen moeite voor te doen; er brandt altijd vuur in mij, vooral voor goede ideeën en sterke concepten.
Dus zat ik toch helemaal op mijn plaats bij Soupalicious? Nee, totaal niet zelfs. Ik had niks met soep. Het was dus ook nooit de bedoeling dat ik het zootje zou leiden. Zeven man personeel en 25 mensen meteen koude start op de arbeidsmarkt in opleiding. Geen denken aan. Ik had het bedacht, dat leek me meer dan genoeg. Ik zou de eerste paar weken in het restaurant resideren om aan iedereen het concept uit te leggen. En daarna weer lekker verder, nieuwe ideeën op papier zetten en de wereld intrekken. Tot ziens vrienden en alle succes!
Maar het liep anders. Iemand ging dood, iemand kreeg burnout, iemand raakte zwanger, haar vervanger ook en die kreeg zwangerschapsvergiftiging. Ik werd naar binnen gezogen. Nu leid ik al 10 jaar deze veelbelovende start-up die zo ongelofelijk veel enthousiasme oproept bij vrijwel iedereen die over ons hoort. En toch, als iemand me vraagt: wat is nou jouw grootste fout geweest? Dan zeg ik: dat ik zelf Soupalicious ben gaan doen.
Don’t get me wrong: ik ben nog steeds enthousiast. Mijn geloof in het succes van dit bedrijfje is onverminderd groot. We groeien prima en het potentieel is ongekend groot. Maar alles heeft een prijs. We zijn failliet gegaan en opnieuw opgestart. Er zijn tientallen battles geweest, groot en klein op fronten waarvan je bestaan niet eens bevroedde. Er zijn een paar dingen waarin ik goed ben en die me energie geven, maar er zijn heel veel dingen waar ik niet goed in ben en die als lood aan mijn schoenen plakken. Ik betrap me er regelmatig op dat ik op wilskracht vaar en zelden in flow ben.
Ik ben creatief, speels en een dromer en dus in wezen niet in de wieg gelegd om een bedrijf te leiden. Ik geloof ook heilig dat mensen het gelukkigst zijn als ze dicht bij zichzelf blijven en hun talenten delen en vieren. Bezint eer ge begint is hier de les. Toch blijf ik Soupalicious runnen zolang ik nodig ben. We gaan nog veel meer mensen helpen aan goed eten en/of een waardig bestaan.
Maar ja, een dromer droomt en nieuwe concepten dringen zich nog steeds aan me op.
Het zij zo. Als dit mijn grootste fout is en dat is het, dan kan ik ermee leven.